Afgelopen donderdag weer een wedstrijd 7×7 gevoetbald. Ik kwam er niet echt in, merkte ik. Bij het warmlopen ging het op zich best lekker. Goed loslopen en rekken en strekken, anders gaat het mis natuurlijk. De wedstrijd zelf moet ik altijd even over het dooie punt heen komen. Misschien moet ik dat even uitleggen. Het lijkt dan net of je niet vooruit komt omdat je moe bent. Elk sprintje kost je moeite en ben je buiten adem. Wanneer je dat punt eenmaal voorbij bent, gaat het ineens een stuk gemakkelijker. Deze keer bleef ik er tegenaan hikken. Uiteindelijk ging het een stuk beter, maar zoals twee weken eerder dat ik maar bleef doorrennen, dat zat er deze keer niet in. Na het laatst fluitsignaal (we verloren met 5-0) gaf ik de tegenstander en een hand en feliciteerde ik hem met de overwinning. “Wat een koude handen heb jij, zeg!” was zijn antwoord. “Ja ,ik ben een koukleum.” zei ik daarop. Maar ik had het zelf ook al gemerkt. De dagen worden weer korter en langzaam kouder. En met een voetbalshirt met korte mouwen is het toch best frisjes heb ik gemerkt. Volgende keer toch maar weer het voetbalshirt met lange mouwen aantrekken, riep ik al tegen de jongens. Het zal niet lang duren dat ik de handschoenen weer aan kan trekken. De herfst is in aantocht. Maar zelfs dan blijft voetbal een mooie sport en de kou neem ik dan ook op de koop toe. Dat ik na de wedstrijd eerst moet opwarmen om mijn veters weer los te krijgen is bijzaak. Enige zorg is dat ik niet geblesseerd raak.